We voeren, met de beschikbare middelen, een degelijk en transparant financieel beleid. Structurele uitgaven worden betaald uit structurele inkomsten.
Op basis van de beschikbare middelen is het uitgangspunt dat de tarieven voor de OZB de komende periode slechts met het jaarlijkse inflatiepercentage stijgen. Voor wat betreft de tarieven voor de riool- en afvalstoffenheffing en voor leges, deze moeten in principe 100 % kostendekkend zijn. Wij heffen geen hondenbelasting, parkeerbelasting, forensenbelasting, BIZ-bijdrage en toeristenbelasting (of verblijfbelastingen).
Het huidige kwijtscheldingsbeleid zetten wij voort. Mocht er in de toekomst bezuinigd moeten worden, dan rust er op geen enkel programma een absoluut taboe. De (financieel) meest kwetsbare inwoners in onze gemeente worden in die opgave ontzien.
Bij de decentralisaties in het sociaal domein hanteren wij onverkort het principe rijksbudget = werkbudget. Dit principe is in de praktijk momenteel niet houdbaar. Om die reden zijn de meeruitgaven in relatie tot de inkomsten die wij hiervoor van het Rijk ontvangen en in de algemene uitkering zijn opgenomen, structureel in onze gemeentebegroting opgenomen. De verwachte extra middelen jeugdhulp na arbitrage is, conform de regels van de toezichthouder, voor 100% geraamd. Daarnaast zijn de aanvullende besparingen, structureel € 511 miljoen, verwerkt in de algemene uitkering. Dit laat onverlet dat wij ons blijven inzetten om bij de zogeheten sturingsagenda Jeugd en de transformatieagenda Wmo deze uitgaven terug te dringen.
Actiepunten
- Gelijkblijvende (woon)lasten voor onze inwoners
- Huidig financieel beleid voortzetten
- In de Programmabegroting meeruitgaven decentralisaties structureel opnemen
Raakvlakken
- Financiën heeft met alle programma’s raakvlakken
WAT WILLEN WIJ BEREIKEN?
DOEL A |
---|
WAT GAAN WIJ DAARVOOR DOEN?
ACTIVITEITEN DOEL A |
---|
VERPLICHTE ONDERDELEN BESLUIT BEGROTING EN VERANTWOORDING
Alle lasten en baten die samenhangen met de programma’s worden direct op het desbetreffende programma geboekt. De baten in algemene middelen bestaan uit doeluitkeringen, specifieke rijksvergoedingen, huuropbrengsten en dergelijke. Dit onderdeel van de begroting volgt uit artikel 8 van het Besluit begroting en verantwoording (BBV).
In algemene dekkingsmiddelen staan de volgende onderwerpen:
- Lokale heffingen
- Algemene uitkering uit het Gemeentefonds
- Dividenden
- Saldo financieringsfunctie
- Overige algemene dekkingsmiddelen
Verder heeft de gemeente diverse inkomsten waarvan de besteding niet gebonden is. Dit zijn de zogenaamde algemene dekkingsmiddelen. Deze baten zijn niet aan een concreet programma toe te rekenen. Artikel 8 van het BBV schrijft voor dat, naast de begroting van lasten en baten per programma, ook een overzicht van de algemene dekkingsmiddelen en de post onvoorzien moet worden opgenomen.
LOKALE HEFFINGEN
Dit zijn gemeentelijke belastingen die geen directe relatie hebben met een bepaalde gemeentelijke taak, de besteding is niet geoormerkt. De onroerendezaakbelasting en de precariobelasting vallen hieronder. De rioolrechten, afvalstoffenheffing, leges, en marktgelden vallen hier niet onder. Deze worden op de desbetreffende programma’s verantwoord en zijn geoormerkt voor deze lasten. We verwijzen naar de paragraaf Lokale heffingen voor een uitgebreidere toelichting. In de paragraaf Weerstandsvermogen is een berekening opgenomen over de dekkingspercentages in relatie tot het weerstandsvermogen.
ALGEMENE UITKERING UIT HET GEMEENTEFONDS
In de begroting is rekening gehouden met de effecten van de Meicirculaire 2022. Voor de berekening van de algemene uitkering 2023 is rekening gehouden met de verwachte stijging van het aantal inwoners en het aantal gereed gekomen woningen in 2022. Meerjarig zijn deze stijgingen eveneens meegerekend. Van de meerjarige extra inkomsten is 50% in de uitgaven opgenomen als toename van kosten areaaluitbreiding. De maatstaven zijn in de meerjarenbegroting constant gehouden. De gelden uit het BTW-compensatiefonds (BCF) zijn niet meegerekend. De decentralisatie Jeugdhulp, die vanaf 2024 nog niet zijn opgenomen in de algemene uitkering, is voor 100% opgenomen in de berekeningen van de algemene uitkering. Het deel dat is achtergebleven als deelfonds is de decentralisatie Participatiewet.
DIVIDENDEN
We ontvangen dividend van Alliander, Bank voor Nederlandse Gemeenten (BNG) en De Meerlanden NV naar rato van het bedrijfsresultaat.
Bedragen x € 1.000 | ||||
Dividend | Realisatie | Realisatie | Begroting | Begroting |
---|---|---|---|---|
Alliander | 420 | 346 | 373 | 373 |
Bank Nederlandse Gemeenten | 63 | 90 | 113 | 113 |
Meerlanden | 39 | 35 | 94 | 95 |
522 | 471 | 581 | 581 |
SALDO FINANCIERINGSFUNCTIE
In de vernieuwde BBV zijn de regels over rentetoerekening gewijzigd. De notitie Rente van de Commissie BBV geeft in een stellige uitspraak aan, dat er niet meer rente mag worden toegerekend dan de werkelijke rentelasten. Er is geadviseerd geen rente meer toe te rekenen aan eigen vermogen (voorheen bespaarde rente). We berekenen in Hillegom geen rente over investeringen.
De werkelijke rentelasten zijn verantwoord in de begroting. Tijdelijke overschotten op de financiering worden overeenkomstig het schatkistbankieren 'gestald' bij het Rijk. Door de lage rente zijn er geen rentebaten over overtollige gelden, er worden wel rentebaten ontvangen voor het lenen van tijdelijke gelden (kasgeld). De overhead wordt verantwoord in prestatieveld bedrijfsvoering en de directe bedrijfskosten worden rechtstreeks toegerekend aan de producten en activiteiten. De overhead wordt wel meegenomen in de berekening van de kostendekkende tarieven.
MUTATIES RESERVES
Per programma is vermeld wat de mutaties op de reserves zijn. Een aantal mutaties is niet toe te wijzen aan een programma en wordt daarom hier verantwoord.
SAMENWERKINGSPARTNERS
Verbonden partijen | Overige samenwerkingspartners |
---|---|
Bank Nederlandse gemeenten (BNG) |